Interview met Ad Koppejan
Eén land één samenleving heeft tientallen pleitbezorgers. Deze bekende Nederlanders verbinden graag hun naam aan onze doelstellingen. In elke nieuwsbrief vertelt één van deze ambassadeurs waarom.
Ad Koppejan is sinds kort ambassadeur/pleitbezorger van onze stichting. Benson van der Bij sprak met hem. Ad Koppejan is ondernemer en toezichthouder. Hij woont met zijn gezin in Zoutelande en heeft voor zijn werk ook nog een onderkomen in Den Haag. Na het Tweede Kamerlidmaatschap voor het CDA (2006 – 2012) is Ad Koppejan met zijn bedrijf Swinth zich gaan richten op projectmanagement en advies op het raakvlak van overheid en bedrijfsleven. Daarnaast ondersteunt hij met zijn bedrijf Swinth IvO-Partners, overheden en andere organisaties met het op orde brengen van hun informatieveiligheid-, cybersecurity en privacy beleid. Verder vervult hij op diverse plekken de rol van toezichthouder, onder meer als voorzitter van het College van Toezicht collectieve beheersorganisaties Auteurs- en naburige rechten.
1. Waarom vindt u het werk van de Stichting belangrijk?
Deze tijd van polarisatie, vooroordelen en toenemende intolerantie richting minderheden en mensen met een andere (etnische of religieuze) achtergrond, vraagt om een tegengeluid. Een beweging die Nederlanders van verschillende achtergronden en culturen weer met elkaar verbindt. Waarin de Nederlandse identiteit staat voor eenheid in verscheidenheid met ruimte voor diversiteit. Waarin verschillende culturen niet als een bedreiging wordt gezien, maar als een verrijking.
2. Waarom vindt u het belangrijk dat er meer verbinding komt tussen burgers met verschillende achtergronden?
Omdat anders de tegenstellingen in de samenleving verder zullen toenemen en Nederlanders met een verschillende achtergrond en cultuur zich steeds meer terugtrekken binnen de eigen groep. Turken en Marokkanen die eerder nog actief waren in politieke partijen als het CDA en de PvdA, organiseren zich nu binnen een partij als Denk.
We zien dat ontmoeting en gesprek plaats maken voor heftig debat, scheldpartijen en vooroordelen over en weer. Met als voorlopig dieptepunt; de hele ‘zwarte piet discussie’.
3. Welke maatregelen zou de politiek kunnen nemen om de sociale cohesie in Nederland te bevorderen?
Politici dienen in de eerste plaats goed voorbeeld gedrag te vertonen in hun uitingen en gedrag wanneer het gaat om de volledige acceptatie en gelijke kansen bieden aan minderheden, statushouders, mensen met een andere culturele en religieuze achtergrond dan de mainstream ‘witte’ Nederlander. Politici moeten weer bruggenbouwers worden.
Helaas zien we nog vaak voorbeelden van het tegendeel. Vanuit angst voor de kiezer en het verlies van stemmen aan partijen als de PVV en Forum voor Democratie, spreken veel politici geen vooroordelen tegen maar bevestigt men deze juist. Dit alles onder het mom dat men wil laten zien dat er goed geluisterd wordt naar de zorgen van de ‘gewone’ Nederlander.
Tegelijkertijd mag ook van nieuwkomers verwacht worden dat ze serieus werk maken van inburgering en actief deelnemen in de Nederlandse samenleving. De vrijblijvendheid en onverschilligheid uit de vorige eeuw moet plaats maken voor een actief integratiebeleid met rechten en plichten. Maar dan wel met een aanbod van kwalitatief goede inburgeringscursussen. Asielprocedures moeten korter en illegale immigranten uit bijvoorbeeld noord Afrikaanse landen als Tunesië, Marokko en Algerije die in een aantal steden voor veel overlast zorgen, dienen hard aangepakt te worden omdat ze het draagvlak voor een humaan vluchtelingenbeleid ondermijnen.
4. Als afsluiter: is er iemand die u ziet als een topverbinder, die in het verleden of heden mensen met een andere achtergrond bij elkaar brengt?
Dit zijn soms heel gewone mensen dicht bij huis. Die zonder dat ze er zelfbewust mee bezig zijn, een enorme bijdrage leveren aan de integratie en het met elkaar in contact brengen van mensen uit verschillende culturen en inkomensgroepen. In mijn eigen omgeving is dat Ronald Willemse, mijn karateleraar in Vlissingen. Hij geeft al jaren, onbezoldigd, les aan jong en oud op de karatevereniging Zanshin. Daardoor kunnen kinderen al vanaf 7,50 euro per maand meedoen. Met als gevolg dat er heel veel jongeren en volwassen van verschillende culturen en achtergronden, elkaar wekelijks ontmoeten en samen sporten.
Andere goede voorbeelden vind ik de rabbijn Lody van de Kamp en zijn Marokkaanse vriend Saïd. Zij beiden zijn actief in de interreligieuze dialoog en gaan samen op pad om jongeren van Joodse en Islamitische achtergrond met elkaar in contact te brengen en zo vooroordelen en discriminatie te bestrijden.